Boei oplatenEén van de eerste technieken die men aanleert bij het technische duiken is vaak het oplaten van een boei. Hoewel dit geen erg gecompliceerde techniek is, verschillen de meningen vaak over hoe dit uitgevoerd dient te worden. Op deze pagina wordt uitgelegd hoe DIR duikers een boei oplaten. De spool
Veel technische duikers gebruiken hun reel om de boei op te laten tijdens hun decompressie. Een reel is echter niet ontworpen om op grote snelheid lijn af te rollen. Door de vaak gecompliceerde constructie en het snelle afrollen komt het dan ook vaak voor dat ze blokkeren tijdens het oplaten van de boei. Op zo'n moment raak je zowel je boei als je reel kwijt. Daarom heeft het gebruik van een spool de voorkeur, want die zijn niet alleen klein en makkelijk te hanteren, maar bovenal simpel van constructie en blokkeren hierdoor bijna nooit. Om deze reden stappen steeds meer wrakduikers over op het gebruik van een spool. Foto's: Cor Kuyvenhoven
Het oplaten van een gesloten boeiDIR duikers laten per buddyteam maar één boei op en dat wordt uitgevoerd door één duiker van het team, terwijl de ander(en) fungeren als referentie. Zo hoeft de persoon die de boei oplaat minder op de diepte te letten, hoewel de bottomtimer natuurlijk wel in het zicht op de arm is bevestigd. De ander hoeft alleen op diepte te blijven en kan eventueel assisteren als er iets mis gaat. De boei wordt bewaard in het storagepack van de backplate of in één van de pockets van het droogpak, dus nooit aan de buitenkant van de uitrusting aan een D-ring. Zowel de boei als de spool worden tevoorschijn gehaald. De double-ender wordt vervolgens van de spool gehaald en tijdelijk op de rechter D-ring van het harnas geplaatst. Vervolgens wordt de lus van het touw door de boltsnap van de boei gehaald en wordt de spool weer door de lus gehaald. Zo wordt de lijn in feite vastgeknoopt aan de boei. De boei simpelweg aan het touw clippen met behulp van de boltsnap van de boei creëert de mogelijkheid dat de boei losschiet, dus een knoop heeft de voorkeur. Het is eventueel mogelijk om de lijn compleet met double-ender door de boltsnap van de boei te halen alvorens de double-ender op de D-ring van het harnas te parkeren. Daarna wordt al de overtollige lijn binnengehaald zodat men er niet in vast kan komen te zitten en wordt de inflatorslang van het droogpak aangesloten op de boei. Deze zal niet vast kunnen blijven zitten op de boei, want in de nippel van de boei zit geen groef die de slang vast kan houden. Dit is een veel voorkomend misverstand over deze wijze van oplaten. Er wordt een stoot gas in de boei geblazen, maar niet teveel. Het moet nog mogelijk zijn om de gedeeltelijk gevulde boei vast te kunnen houden zonder meegetrokken te worden richting oppervlakte. Op diepte hoeft er maar weinig gas in de boei, want het gas zal uitzetten bij het opstijgen. Voor de boei wordt losgelaten wordt deze op een armlengte gehouden wordt er nog naar boven gekeken om te controleren dat er niemand in de weg zit.
Bovenstaande beschrijving klinkt misschien gecompliceerd, maar na enige oefening is deze techniek in minder dan een minuut uit te voeren. Al is er eigenlijk nooit haast bij geboden omdat het toch tijdens de opstijging plaats vindt. Het oplaten van een open boeiBij een open boei wordt er geen inflatorslang gebruikt, maar wordt naar de backup automaat gewisseld en zodat de primaire automaat beschikbaar is om de boei te vullen. Verder is de procedure hetzelfde als bij de gesloten boei. Na het oplaten van de boei wordt de backup automaat weer verwisseld voor de primaire automaat. |
Vorige | Terug naar Technieken |